Naast het standaard hemdvest voorzag het Noord-Vietnamese leger ook het dragen van een tuniek (korte uniformjas). Het dragen van de tuniek gaat terug naar de dagen van de Viet Minh. Veel foto's uit die periode tonen parades van Viet Minh-strijdkrachten, waarbij officieren een tuniek met vier zakken dragen, en manschappen een tuniek met enkel twee borstzakken dragen. Dergelijke configuratie was in die tijd gebruikelijk in Aziatische legers. Deze Viet Minh-uniformen waren hoofdzakelijk van Chinese origine. Ook tijdens de jaren '60 en '70 werd de tuniek vaak gedragen door de Noord-Vietnamezen, zij het voornamelijk in het Noorden als administratieve en ceremoniële kledij. Voor ze de grens met het Zuiden overstaken, ruilden de meeste Noord-Vietnamese officieren hun tuniek in voor het standaard (manschappen) hemdvest met twee borstzakken. Ondanks deze richtlijn werden tunieken toch in Zuid-Vietnam aangetroffen.
De schouders van tunieken waren meestal voorzien van smalle lusjes, waar schouderstukken aan konden worden bevestigd. Deze lusjes werden van de tuniek verwijderd wanneer naar het Zuiden werd geïnfiltreerd. Bij latere, naoorlogse Vietnamese tunieken zijn deze lusjes opmerkelijk breder, en duiden in dat geval op een makelij van na 1975.
Vrouwelijk personeel van het Noord-Vietnamese leger droeg de tuniek in het Noorden frequenter dan mannelijk personeel. Wat betreft de snit leken deze sterk op de tuniek voor de mannen, maar ze hadden geen borstzakken en waren breder uitgesneden op de heupen.
Mannelijk personeel, dat behoorde tot de categorie manschappen van het Noord-Vietnamese leger, werd in het Noorden aanvankelijk niet standaard voorzien van een tuniek. Op portretfoto's, die voor hun inzet in het Zuiden als aandenken werden gegeven aan vrienden en familie, en werden genomen in fotostudio's, poseerden ze daarentegen vaak in dit type uniformjas. Meest waarschijnlijk ging het dan om een tuniek, die voor de gelegenheid ter beschikking werd gesteld door de fotograaf. Er kan worden aangenomen dat tunieken later in de oorlog daarentegen ook aan manschappen werden verdeeld. (Foto's van de uitwisseling van krijgsgevangenen in 1973 tonen Noord-Vietnamese manschappen gekleed in een tuniek).
Aanvankelijk kenden de oorlogse Noord-Vietnamese tunieken hun oorsprong in de Chinese Volksrepubliek. In een later stadium is de productie door Hanoi overgenomen. Hieronder overlopen we de details van deze tunieken,
1. Details voorkant tuniek
a. Hemdskraag met staander. (Geen staander voorzien bij de tuniek voor vrouwelijk personeel).
b. Zichtbare naad in de rug, bij vroege tunieken zonder overlockstikking.
c. Officierstunieken hebben vier zakken (enkele paspelzakken) met klep: twee borstzakken en twee zakken ter hoogte van de heupen. Soms wordt de knoop verborgen onder de klep.
d. De herentuniek voor onderofficieren & manschappen, en de tuniek voor vrouwelijk personeel waren enkel voorzien van twee zakken ter hoogte van de heupen.
d. De kleppen op de zakken hebben een geschulpte afwerking. (De achterkant van de de kleppen aan de borstzakken is vaak samengesteld uit verschillende aan elkaar genaaide lapjes stof).
e. Brede, omgeslagen manchetten zonder mouwsplitten bij officierstuniek. (Soms ook bij tunieken voor vrouwelijk personeel).
f. Bij officierstunieken waren de knopen op de borstzakken kleiner dan de rest van de knopen. De achterkant van de knopen is covex (= bol afgerond naar buiten toe).
g. Sommige tunieken waren ter hoogte van de kraag voorzien van een extra knoop om de kraag te sluiten in de koudere wintermaanden.
h. Aan elke schouder zijn twee smalle lusjes voorzien, waaraan een schouderstuk kan worden bevestigd. Deze lusjes werden meestal van de tuniek verwijderd, wanneer uit Noord-Vietnam naar het Zuiden werd geïnfiltreerd.
2. Details achterkant tuniek
a. De onderkraag is vaak samengesteld uit verschillende aan elkaar genaaide lapjes stof.
b. Naad die over de ganse lengte van de rug loopt, en onderaan overgaat in een split.
c. In tegenstelling met het standaard Noord-Vietnamese hemdvest, is de tuniek niet voorzien van een schouderpas.
3. Details binenkant tuniek
a. Zoom aan de rugpanden zonder overlockstikking.
b. De binnenkant is half gelijnd, in dezelfde stof als de jas, met tussenvoering ter hoogte van de schouder- en borststreek. De voeringpanden zijn vaak samengesteld uit verschillende lappen stof.
c. Bij officierstunieken zijn de onderste zakken vaak met een ingenaaid strookje stof ingenaaid in de onderste zoom van het voorpand.
d. Soms zijn aan de binnenkant extra knopen aanwezig om een bijkomende voering in te knopen.
4. Kleuren
Net als de standaard Noord-Vietnamese hemdvesten en broeken, vervaardigd in de de Chinese Volksrepubliek, kwamen ook tunieken aanvankelijk in lichte kleuren (bleke kaki, kakibruin, lichtgrijs en donkergrijs), om later te evolueren naar olijfgroen en rietgroen.
5. Soorten textiel
Net zoals de meeste Noord-Vietnamese uniformen werd keperstof (twill) en in mindere mate poplinestof van katoen (cotton popelin) gebruikt om Noord-Vietnamese tunieken te vervaardigen.
6. Markeringen
Sinds de Koreaanse oorlog, begin jaren '50, stempelden de Chinese communisten hun uniformen in oksel- en kruisregio met een productienummer dat uit verschillende cijfers bestond. Deze praktijk werd verdergezet wanneer ze uniformstukken maakten voor Hanoi, de Pathet Lao, de Rode Khmer, en voor de eigen Chinese uniformstukken tot in de jaren '80. Op de meeste originele uniformstukken, die in de Chinese Volksrepubliek werden gemaakt, en in die nog in deftige staat zijn, zal men deze deze produktienummers kunnen aantreffen. Vietnamese uniformen gemaakt na 1975 zullen daarentegen vaak Vietnamese labels hebben.
Hieronder een Noord-Vietnamese tuniek met kraagspiegels van een sergeant van de infanterie. Op de schouders zijn de lusjes voor de schouderstukken zijn aanwezig. Deze werden vaak verwijderd wanneer tunieken als deze in Zuid-Vietnam werden gedragen.
Reactie plaatsen
Reacties